Wat doe je met je handen tijdens het dirigeren van lichte muziek?
Het dirigeren van lichte muziek is een ander vak dan het dirigeren van klassieke muziek. Een ander soort bezetting, andere genres en zelfs andere muzikanten vragen allemaal om een andere manier van dirigeren. In dit artikel wordt ingegaan op hoe een dirigent voorbereid kan zijn op het dirigeren van lichte muziek.
Allereerst is het belangrijk om te weten wat de rol van de drummer is. De drummer is de motor van het orkest en bepaalt het tempo, de time en de feel. Als dirigent tel je af, maar daarna is het taak om de drummer in de goede baan te houden, zodat het orkest goed speelt. Wil je meer weten over de rol van de drummer in het orkest? Lees dan het artikel “Rolverdeling in een Bigband”. Zodra de drummer begint met spelen, sla niet elke tel uit, alleen als dit nodig is voor het orkest. Hoe meer informatie je geeft, hoe meer dit stoort. Bovendien ben je nooit zo strak in het slaan van de maat als dat de drummer speelt. Het is ook belangrijk om dit aan je orkestleden te vertellen. De drummer is de motor van het orkest.
Voordat deze motor loopt, is het belangrijk dat er op een juiste manier afgeteld wordt. Doe dit duidelijk en accuraat. De dirigent telt gebruikelijk een vierkwartsmaat als volgt af:
1 – X – 2/3 – X | 1 – 2 – 3 – 4 | Eerste tel van de eerste gespeelde maat
Hierbij is de “x” een duidelijke vingerknip of een klap in de handen. De tweede en de vierde tel zijn de belangrijkste tellen in de maat. Is er sprake van een opmaat, dat een stuk eerder begint dan op de eerste tel, dan telt de dirigent ook twee maten voor de eerste compleet gespeelde maat af.
1 – X – 2/3 – X | 1 – 2 – 3 – O | Eerste tel van de eerste gespeelde maat
“O” geeft de opmaat aan van 1 kwartnoot in dit voorbeeld. Een veel gemaakte fout van beginnende muzikanten en dirigenten, is dat afgeteld wordt met “5 – 6 – 7 – 8”. Dit is niet gebruikelijk voor een orkest, maar deze aftel techniek komt uit de danswereld. Dansers denken vaak, in tegenstelling tot muzikanten, in groepen van 8 tellen.
Tijdens het stuk wordt dus niet elke tel meegeslagen, tenzij dit nodig is voor de muziek. Momenten waarop dit nodig zou kunnen zijn voor de muziek zijn bijvoorbeeld wanneer de drummer even niet meespeelt, wanneer er een in een ritmische ingewikkelde passage behoefte is aan een duidelijke pulse die niet direct gegeven wordt door de drummer of wanneer er in een bepaalde passage een tel of opmaat extra benadrukt moet worden. Dit laatste heeft te maken met energie en frasering. Zoals Curits Gaesser zei: “Being muscial is our first and utmost priority”. Het hoofddoel van de dirigent is om met zijn handen aan te geven waar de muziek naartoe gaat (frasering) of energie te geven op bepaalde punten. Staat er voor het hele orkest een hit geschreven op de vierde tel? Bereid deze voor door veel energie te geven op de derde tel.
Naast frasering en energie heeft de dirigent ook de functie om iedereen van begin tot einde door het stuk te leiden. Een van de mooiste kenmerken van lichte muziek is improvisatie en de vrijheid die daarbij hoort. Dit brengt voor de dirigenten als taak mee om ervoor te zorgen dat iedereen op hetzelfde moment weer inzet. Hiervoor worden vier verschillende tekens gebruikt. Belangrijk is om alle tekens duidelijk en op tijd te tonen aan de muzikanten. Zoek contact met de muzikanten en vraag om non-verbale bevestiging.
1. Aantal vingers in de lucht; dit kan van 4 aftellen naar 1. Het is een manier om af te tellen en te zorgen dat iedereen de inzet of cue helder heeft.
2. Een vinger naar rechts wijzen (voor het orkest); dit betekent dat we doorgaan naar een volgende sectie van het muziekstuk. Dit wordt vaak gebruikt bij open solo’s die een cue (teken) nodig hebben van een bandleider of dirigent.
3. Met twee handen beide een haak vormen; dit betekend dat een bepaalde sectie herhaald wordt.
4. Een vuist in de lucht; dit is een algemeen teken en kan elke keer wat anders betekenen. De ene keer betekent het dat men naar het Coda gaat, de andere keer naar het Dal Segno. De algemene opvatting is “let op, er gebeurt iets wat niet vanzelfsprekend is”.
De hoofddoelen van een dirigent zijn dus ervoor zorgen dat iedereen weet waar we in het muziekstuk zijn en energie en frasering aan te geven. De basisregel is dat wanneer de drums speelt, niet elke tel uitgeslagen wordt. Met bovenstaande tips ben je voorbereid om goed een repetitie in te gaan.